
Het is onmiskenbaar een feit dat de wereld van liefhebbers van het fantasygenre relatief klein is. Dat dit niets zegt over de kwaliteit van de verhalen bewijst onder andere het schrijversduo Django Mathijsen en Anaïd Haen. Zowel gezamenlijk als ieder afzonderlijk wonnen zij al diverse prijzen. Hun grootste project is ongetwijfeld de Decadentia-trilogie.
De delen van deze drieluik verschenen, alle bij uitgeverij Zilverspoor, in 2019 (Teloorgang), 2020 (Maskerade) en 2021 (Represaille).
In de stadstaat Decadentia waar de magie gekoppeld is aan ambachten, niets is wat het lijkt en waar het geloof in de walvisgod Maremoto een steeds prominentere plaats inneemt, maken we kennis met Lelie Aquavalenta. In eerste instantie heeft ze alles wat haar hartje begeert, maar als zij een gesprek opvangt dat duidelijk niet voor haar oren bestemd is, stapelen de problemen zich in rap tempo steeds verder voor haar en haar omgeving op. De kernvraag is steeds opnieuw of zij met haar karakter in staat blijkt de uitdagingen het hoofd te bieden en Decadentia te beschermen tegen grootse gebeurtenissen.
Wie fantasy zegt, zegt wereldbouw. Dit is een van de kenmerkende verschillen met andere genres. Omdat de wereld waarin het verhaal zich afspeelt fictief is, moet de auteur in staat zijn de lezer letterlijk het decor in te trekken. Wie Decadentia leest, kan niet anders dan tot de conclusie komen dat Mathijsen en Haen hierin meesters blijken te zijn. In Teloorgang is de hoeveelheid magie nog beperkt, maar vanaf hoofdstuk 1 is meteen duidelijk in welke omgeving je terecht bent gekomen. De beschrijvingen zijn nergens langdradig, altijd to the point en met zo veel kunde op papier gezet dat het een effect krijgt van een film. Een driedimensionale welteverstaan. Als het er stinkt, ruik je het; als er water opspat, duik je weg in je stoel.
Daarnaast laat de formidabele uitwerking van Decadentia, zeker vanaf het begin van Maskerade geen enkele twijfel bestaan dat dit verhaal zich enkel daar, en nergens anders, kan afspelen. Decadentia is daarmee feitelijk een personage geworden.
Een ander sterk punt is de beschreven ontwikkeling van het personage Lelie van het dametje uit de (letterlijke) topklasse tot de sterke vrouw die laat zien oprecht te willen vechten tegen alle onrechtvaardigheden rondom haar. Haar blauwe jurk heeft hierbij een schitterende symbolische functie. Ook alle andere personages in het verhaal leren we voldoende kennen. Heel gedoceerd krijgt de lezer op het juiste moment precies de noodzakelijke informatie. Een redactionele topprestatie!
Decadentia biedt niet alleen de fantasyfans een geweldige leeservaring. Door de verschillende thema’s, die heel professioneel in het verhaal zijn verweven en uitmonden in een fascinerende ontknoping, verdient dit verhaal een nog veel groter publiek. Dit kunstwerk hoort simpelweg in de schijnwerpers. Alle 1532 pagina’s, geen enkele uitgezonderd.