Hoe je zware thematiek luchtig en plezierig brengt…****

Als je een bepaalde leeftijd hebt bereikt, komt er voor iedereen onherroepelijk het moment waarop bepaalde keuzes moeten worden gemaakt. Dat is een van de thema’s in de roman Dames op de Herengracht van Margareth Hillebrandt, in 2019 uitgebracht bij uitgeverij LetterRijn.

De hoofdrolspelers in dit verhaal zijn Dorine, Julia en Lily. Zij omtmoetten elkaar aan het einde van de jaren ’70 tijdens een gezamenlijke schildercursus in Griekenland. Veertig jaar later besluiten ze te gaan samenwonen in een statig huis aan de Herengracht in Leiden. Als ze eenmaal onder een dak leven begint duidelijk te worden wlke invloed de geschiedenis heeft op hun huidige leven. Er blijken de nodige geheimen te bestaan, waardoor alles voor de dames, die inmiddels gezelschap hebben gekregen van de excentrieke zeventiger Dolf, in een ander daglicht komt te staan. Het wordt allemaal extra gecompliceerd als bij Julia ook nog eens dementie wordt vastgesteld.

Het eerste wat opvalt aan het boek is de geweldig gekozen cover. In een beeld wordt duidelijk wat de kern van het verhaal is, waarbij de afwaaiende bladeren de grootste symbolische betekenis hebben. Het is zichtbaar dat over deze foto heel bewust is nagedacht. Toepasselijker had het domweg niet gekund.

Wie vervolgens begint te lezen, belandt onmiddellijk in een verhaal dat je bij de keel grijpt. De peronages en de setting zorgen ervoor dat de lezer direct ter plekke is en onderdeel wordt van het verhaal. Dat wordt enerzijds veroorzaakt door de prettige schrijfstijl van Margareth Hillebrandt, anderzijds door de herkenbaar van de dagelijkse beslommeringen van de dames en de heer. Zonder uitzondering zijn alle personages krachtig, waarbij met name door het benadrukken van hun verschillen het geheel nog meer gaat leven. Wellicht verdient Dolf hierbij wel een aparte vermelding, omdat juist hij degene is die voor verbinding in het huis. Dat laatste wordt vooral zichtbaar in de scènes waarin zijn omgang met de steeds verder dementerende Julia. De beschrijvingen over zijn omgang met haar zijn ronduit prachtig.

Op heel overtuigende wijze weet Margarteh Hillebrandt, ondanks de soms heftige onderwerpen, mede door haar vertelwijze het verhaal luchtig te houden, waarbij zelfs hier en daar een vleugje (zwarte) humor niet ontbreekt. Dat maakt de Dames op de Herengracht geschikt voor een groot lezerspubliek. Of je nu behoefte hebt aan prettig leesbare roman of dat je, al dan professioneel,  te maken hebt met dementie, in beide gevallen zal dit boeken worden gewaardeerd.

En voor iedereen geldt tevens dat je na het lezen de Dames (en heer) van de Herengracht gegarandeerd in je hart hebt gesloten!

Een gesprek naar aanleiding van Salomonsoordeel

Onlangs verscheen bij uitgeverij Ellessy Salomonsoordeel, de nieuwe thriller van Martyn van Beek. Dat is natuurlijk een ideaal moment om tien vragen te stellen aan deze auteur. Hieronder kunnen jullie zijn antwoorden lezen.

  •  Een vraag, speciaal voor de lezers die jou (nog) niet kennen. Kun je in het kort iets over jezelf vertellen?

​Ik ben Martyn met een y, dit komt doordat het hotmail adres met ij al vergeven was. Het bijzondere is dat het nu de ‘normale’ schrijfwijze is geworden. Deze zomer wordt ik 45 jaar oud en ben woonachtig in Waalwijk met vriendin Adelina en hond Eefje. Overdag ben ik werkzaam als adviseur in een keukenzaak en in mijn vrije tijd schrijf ik en geniet van een bourgondische levensstijl. Naast schrijven is reizen mijn grootste passie. Bali en Jamaica waren de hoogtepunten tot dusver, maar ik heb nog een hele lange lijst af te werken. Mijn grote voorbeeld is Bob Marley, ik ben echt waanzinnig fan van zijn muziek.

  • Hoe is de schrijfcarrière van Martyn van Beek begonnen?

​Na een loopbaan bij de onderzeedienst van de marine en een deels voltooide vliegopleiding, besloot ik om in 2010 mijn droom waar te maken: een boek schrijven. Mijn liefde voor het eiland Bali gebruikte ik om een thriller te schrijven die zich daar afspeelde. Het werd een groot succes en mijn uitgever vroeg om een nieuw verhaal. Zo is de bal gaan rollen en ben ik mezelf gaan ontwikkelen als auteur. Eerst uitgeven in eigen beheer, daarna de opstap naar een uitgever en vol trots mag ik nu vertellen dat er in het najaar een verhaal van mijn hand gaat verschijnen bij een hele mooie en grote Nederlandse uitgever.

  • Hoe ziet een schrijfdag voor jou eruit? Schrijf je fulltime? Heb je daarbij bijzondere rituelen?

​Mijn dagelijkse doel is 1.000 woorden. Eerst speel ik de scene een paar keer af in mijn hoofd en als ik alles helder heb dan kan het op papier. Dit werkt voor mij het beste. Ik ben weleens op schrijfvakantie geweest, maar dan merk ik al snel dat ik na de uitgedachte scènes vastloop.

  • Wat is voor jouw het belangrijkste motief in je werk? Is er overkoepelend motief?

​Onrecht en wraak zijn wel favoriete thema’s. Er is niets leuker dan jezelf te verplaatsen in een bijzonder slecht persoon. Om dan weer tot originele wandaden te komen is soms wel een hilarisch proces.

  • Vorig jaar verscheen Engel zonder vleugels, een thriller met een best gevoelig onderwerp. Hoe heb je de reacties hierop ervaren? Heb je ook negatieve reacties ontvangen?

​Eigenlijk waren alle reacties bijzonder positief. Veel mensen hebben hun persoonlijke Jeugdzorg-verhaal naar me gezonden, met de mededeling dat daar ook een boek in zit. Dat gaat echter niet meer gebeuren. Mijn verhaal is verteld en daar blijft het bij. 

  • Recent is Salomonsoordeel verschenen. Kun je ons een beetje meenemen in het ontstaansproces?

​Ik wilde een opvolger schrijven voor Engel zonder vleugels, maar wel met een ander thema. De overeenkomst is dat het over kinderen gaat, maar daar blijft het bij. Sterker nog, in dit verhaal speelt Jeugdzorg een positieve rol.

  • In Salomonsoordeel verschijnen twee belangrijke personages uit Engel zonder vleugels opnieuw te tonele. Heb je met een specifieke bedoeling deze keuze gemaakt? En zo ja, welke bedoeling dan?

​Het zijn leuke karakters om mee te werken. Bovendien is een misdaadjournalist weer eens wat anders dan een rechercheur. Bovendien hoeft hij zich niet altijd aan alle regels te houden. Dat geeft me ook weer interessante mogelijkheden.

  • Kunnen we in de toekomst nog meer boeken van jouw hand verwachten?

​Absoluut, al weet ik nog niet of het onder mijn eigen naam is. komend najaar komt er een boek uit onder mijn pseudoniem Marit Vanström. Dat is inderdaad een creatieve verbastering van mijn naam.

  • Welke vraag over je werk of schrijversleven is je nog nooit gesteld, maar zou je wel heel graag willen beantwoorden? En wat zou dan je antwoord zijn?

​Wat mijn droom is als schrijver: een boekverfilming. Wel zou ik dan een rol willen spelen als adviseur.

  • Als je Salomonsoordeel in een paar zinnen zou mogen aanprijzen, wat zou je dan zeggen?

​Een oprecht spannend verhaal, waarin de spanning zit in het verhaal en niet in moord en doodslag. Wat is er gebeurd met Marit Soesterberg? 

Tot slot uiteraard nog een woord van dank aan Martyn van Beek voor de moeite die hij heeft willen nemen om de vragen te beantwoorden.

Martyn van Beek, meesterverteller! *****

Het is het grootst denkbare schrikbeeld voor iedere ouder. Met je kind een dag naar het strand en dan, na een kort moment van onoplettendheid, tot de ontdekking komen dat je kind is verdwenen. In Salomonsoordeel, de nieuwe thriller van Martyn van Beek, is dit exact wat Sanne en David Soesterberg overkomt met hun dochter Marit.

Vijf jaar later, compleet aan het einde van hun Latijn, besluiten ze mee te doen aan een TV-uitzending, gepresenteerd door de onderzoeksjournalist Eric de Winter. De honderden tips die hierdoor binnenkomen lijken allemaal op niets uit te draaien, totdat een onbekende man een briefje in de brievenbus van de Soesterbergs stopt. Dit geeft de zaak een nieuwe boost en leidt het onderzoeksteam naar Franstalig Wallonië. Welke rol speelt een klooster aldaar? Is de gelijkenis van de zevenjarige dochter van de familie Philipart met Marit Soesterberg toeval? De uitkomst van deze puzzel is even verrassend als onthutsend.

Het eerste jaar heb ik gezocht
Het tweede jaar heb ik gehuild.
In het derde jaar gevloekt en geschreeuwd.
Van het vierde jaar kan ik me niets herinneren.
Dit vijfde jaar beleef ik in een grote mist. Ik ben volkomen lamgeslagen,

Een jaar na Engel zonder vleugels schrijft Martyn van Beek opnieuw een thriller met een kind in de hoofdrol. Maar daar houdt dan ook onmiddellijk iedere overeenkomst met Salomonsoordeel op. Dit is een thriller, die daadwerkelijk uitblinkt in spanning, ijzersterke personages, een fascinerende verhaallijn en met name originaliteit. Daar waar in veel thrillers de actie en het bloedvergieten de belangrijkste bron van leesplezier zijn, is dat in Salomonsoordeel toch echt de manier waarop het verhaal wordt verteld. Echte harde actie vindt je in dit boek nauwelijks terug en toch is de psychologische spanning vanaf de proloog voelbaar.

Alle personages in Salomonsoordeel zijn even krachtig en uniek goed uitgewerkt. We kennen Eric de Winter al uit het vorige avontuur. Hij wordt hier vakkundig verder uitgediept, waardoor we hem steeds beter leren kennen, vooral ook zijn onhebbelijke eigenschappen. Ook de nieuwelingen verschijnen zonder uitzondering op de juiste wijze ten tonele waarbij met name Sanne Soesterberg een speciale vermelding verdiend. Wees erop voorbereid dat sommige scènes zo levensecht zijn beschreven dat je al haar wanhoop, pijn, verdriet en boosheid daadwerkelijk zelf gaat ervaren. Dit is zonder overdrijven een unieke leeservaring te noemen.

Martyn van Beek beleeft met Salomonsoordeel zijn definitieve doorbraak als auteur. Door alle denkbare schrijftechnieken op de juiste manier toe en in te passen, verdient hij een plek tussen de absolute top in het thrillergenre. De gevierde namen hebben er een serieus te nemen concurrent bij.

Fascinerende literatuur *****

‘Ik ben een zalm en ik zwem tegen de stroming
in om terug te komen naar daar waar mijn leven begon’

Wat betekenen begrippen als vrijheid en toekomst voor iemand die levenslang gestraft is. Dit is een van de centrale vragen in Een van ons, de nieuwe roman van auteur en journaliste Christine Otten (1961).

Hoofdpersoon in Een  van ons is de schrijfster Katrien Achenbach. Zij geeft, evenals als de auteur, schrijfworkshops in een penitentiaire inrichting. Luc S., veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf, neemt niet deel aan de lessen, maar hij houdt ondertussen wel zijn eigen dagboek bij. Daarin is hij ongenadig eerlijk over zichzelf, zijn medegevangenen en Katrien. Het gevoel van Katrien in de gevangenis ‘op haar plek’ te zijn en een bijzondere vertrouwensband te hebben met de deelnemers aan haar workshops, verandert drastisch door enkele gebeurtenissen. Hierdoor wijzigt voor alle betrokkenen de kijk op zichzelf en op elkaar.

Een van ons is van de weinige verhalen in de Nederlandse literatuur, waarin van binnenuit een kijkje wordt gegeven in het reilen en zeilen binnen de muren van een gevangenis. Want een ding is vanaf het allereerste begin duidelijk: het feit dat Otten zelf werkzaam is binnen de PI Zuyder Bos in Heerhugowaard is in alles merkbaar. Beschrijvingen zijn zonder uitzondering geloofwaardig. Daarbij moet wel worden opgemerkt dat sommige zaken ook duidelijk verzonnen. Het is en blijft een fictief verhaal.

De gekozen schrijfstijl zorgt ervoor, dat de lezer echt een onderdeel van het verhaal wordt. In delen van het verhaal worden de gedachten van Luc letterlijk op papier gezet, zonder gebruik van punten en komma’s. En dat wordt dan gevolgd door zinnen die ruw worden afgebroken. Als je je hiervoor openstelt, gaat het verhaal inderdaad veel meer ‘leven’; je beleeft het verhaal door de letters heen. Otten heeft met deze keuze wel degelijk een risico genomen, omdat het ontbreken van interpunctie wel een extra leesinspanning vereist, waartoe misschien niet iedereen bereid is. Objectief gesproken valt op de uitwerking niets aan te merken.

Naast een bijzonder verhaal biedt Otten ook stof tot nadenken. Door de blik van binnenuit en het leggen van het perspectief bij een personage, dat letterlijk geen toekomst heeft, werpt ze belangrijke vragen op. Vragen die ze om begrijpelijke redenen onbeantwoord laat. Daarover moet de lezer zelf een mening en een oordeel vellen. Met name ook door dit laatste punt is Een van ons een verrijking voor de Nederlandse literatuur. Een boek dat uitnodigt om te lezen en heel vaak te herlezen.

Spanning met een andere dimensie ****

We kennen allemaal wel de momenten dat we lekker ontspannen door een boekwinkel struinen, op zoek naar nieuw leesvoer. Een scala aan covers scrolt aan je blikveld voorbij, waarbij de ene wat meer aanspreekt dan de andere. Maar heel soms kijkt een boek je letterlijk aan en schreeuwt om aandacht tussen al zijn soortgenoten. Dat kan ook zo maar gebeuren met het thrillerdebuut van Marieke Damen, Stilleven. Het missen van de je aanstarende ogen, zo groot als gebaksbordjes, is bijna onmogelijk en ook de restanten van bloed schept verwachting.

In Stilleven staat kunstenares Monica centraal. Zij wordt benaderd door haar zus Monica met het verzoek een schilderij met haar portret te maken. Beide dames hebben echter al twintig jaar geen contact met elkaar. Met behulp van flashbacks beleven we de situatie in Monica’s jeugd. Het wordt, langzaam maar zeker, duidelijk dat de situatie in deze tijd verre van florissant was voor de zussen. Zij groeiden op in een gezin waar verslaving,  geweld en criminaliteit de boventoon voerden, met vader in de hoofdrol. Vragen als: hoeveel kan een kind verdragen en wat zou jij doen in een vergelijkbare situatie vormen de kern van deze thriller. Zou Monica tot ergst denkbare in staat blijken te zijn?

‘Na de tweede ronde koffie hadden opa en oma nog meer te doen en ze stapten op. (…) We moesten ongeveer 50 weken wachten voor we weer een perfect gezin konden vormen.’

Een van de meest interessante aspecten van Stilleven is dat Marieke Damen aantoont dat het begrip spanning heel breed kan worden uitgelegd. Daar waar veel lezers bij spanning, en daarmee indirect aan de thriller, een associatie leggen met veel bloed en wilde achtervolgingen, is hier een heel andere vorm zichtbaar. Met een tot in de finesses uitgewerkt personage, Monica, kan ook een verhaal worden geschreven dat de lezer vanaf pagina 1 aan de stoel kluistert. De vertelstem is zo treffend dat de lezer het gedrag van Monica wil begrijpen en haar gevoelens bijna letterlijk meebeleeft. Je wilt gewoon, koste wat koste, weten wat er is gebeurd en ook dat gevoel kun je scharen onder het begrip spanning. Marieke Damen toont aan een meester te zijn in deze vorm.
Verwacht dus geen geen standaardthriller, maar als je bereid bent open te stellen, is Stilleven meer dan de moeite waard.

Stilleven is een zeer aansprekend debuut van een auteur die het aandurft met een nieuw geluid, op haar eigen wijze, een bijzonder verhaal te vertellen. Een verhaal geschikt voor een groot lezerspubliek.

Debuut met een hoofdletter D *****

De oogjes gaan open, weer dicht en nog eens open
De wimpertjes knipperen tegen het vroege ochtendlicht
Het kindje kijkt zonder te herkennen
Onbevangen. Verwachtingvol.


Er zijn van die debuutromans, die je als lezer (en recensent) niet zou willen missen. Lammy Vriesinga heeft met Vergiskind zo’n boek geschreven. Na een aantal publicaties in verhalenbundels als Het Gebaar, Rivierstenen en Vijfentwintig obsessies vond Lammy de tijd om een echte grotemensenroman te schrijven. Want dat is het zeker geworden.

De kern van het verhaal vormt de mysterieuze vondst van een pasgeboren baby in een park. Een plek waar veel mensen van diverse pluimage vertoeven. Met een aantal van deze mensen maken we kennis en gaandeweg het verhaal leren we hun karakters steeds beter kennen. We zien hun gebreken, hun verlangens en beleven hun avonturen mee. Dit alles mondt uit in een goed georkestreerde plot, waar alle verhaalllijnen prachtig samenkomen en alles een verrassende plaats krijgt, inclusief de rol van de vondst van het kind.

Lammy Vriesinga was jarenlang werkzaam als trainer in de GGZ. Dat is dan ook vanaf de eerste pagina van Vergiskind duidelijk te merken. Personages worden gedoseerd in het verhaal opgevoerd, waarna hun karakteriseringen langzaam maar zeker heel vakkundig worden uitgewerkt. En het mooie is dat ze allemaal, hoewel volstrekt verschillend, toch samenkomen als een in elkaar gelegde puzzel.

Enige inspanningsbereidheid van de lezer is bij het lezen en voor een ultiem begrip van Vergiskind wel een voorwaarde. De verhaallijnen stromen, zoals reeds eerder gezegd, fantastisch in elkaar over, maar het vereist soms wel wat concentratie om alle bedoelingen van de auteur te doorzien. Maar de beloning is groot: als je alles uiteindelijk ziet samenvloeien, blijf je achter met een enorm voldaan gevoel. De kans is zeker aanwezig dat je zonder nadenken opnieuw begint om nog meer grote of kleine ontdekkingen te doen.

Lammy Vriesinga heeft zelf als motto: spreken is zilver, schrijven is goud. Laten we hopen dat ze nog veel gouden uitspattingen gaat krijgen, want na Vergiskind is dat het enige wat je nog wilt: meer Lammy Vriesinga!

Fantasy met een boodschap ****

Velen van ons hebben vast wel eens de behoefte gevoeld de negatieve en positieve aspecten van het dagelijks leven op papier te zetten. Vooral het fantasygenre is voor dit doel natuurlijk zeer geschikt. In het eerste deel van zijn Mianara-reeks met de titel Verraad, probeert debutant Jesse van Willigenburg (1993) hieraan handen en voeten te geven.

In Verraad belandt de lezer in een wereld waar magie als wetenschap wordt beschouwd en kristallen de voedingsbogem zijn van een (industriële) revolutie. Er heerst spanning tussen enerzijds de Mianara en anderzijds de Anuki. Malika en Najeeb, beiden Mianara, krijgen hiervan weinig mee tot het moment dat het geweld hun familie direct raakt en ze zich aansluiten bij de Wolven. Deze groep heeft tot doel de spanningen tussen de groepen koste wat kost op te lossen. Zijn Malika en Najeeb in staat antwoorden te vinden op hun vragen en kunnen hun het geweld dat ze is aangedaan wreken?

Jesse van Willigenburg heeft met dit boek een debuut afgeleverd waarop hij met recht trots mag zijn. Om te beginnen is het een prettig leesbaar en bovenal spannende vertelling. De wijze waarop hij het verhaal kleur geeft en de personages hierin een plek geeft, verdiend gewoon alle lof. Het is zonder voorbehoud geloofwaardig en de verhaallijnen komen uiteindelijk professioneel bijeen. Met zijn laaste zin doet Van Willigenburg de lezer een toezegging op een vervolg, maar dat neemt niet weg dat Verraad een afgerond verhaal is. Dat we nog meer avonturen van deze helden mogen verwachten, is bovenal een feestje om naar uit te zien.

Natuurlijk kun je dit boek alleen lezen ter ontspanning en voor de spanning. Maar voor de lezer die de moeite neemt een beetje verder te kijken, valt er veel meer te halen. Tussen de regels door laat Jesse ook zijn mening en gevoelens over de maatschappij doorklinken, zonder deze mening daarbij aan de lezer op te dringen. Het laat vooral ruimte om na het lezen je eigen gedachten te vormen. En juist dat geeft dit boek net dat beetje extra.

In een persoonlijk voorwoord geeft Van Willigenburg zich rijk te voelen door de mensen die hij ontmoet en de verhalen die zij met zich meedragen. Het mooie is dat hij met zijn eigen verhaal ditzelfde gevoel geeft aan de lezer. Verraad is in meerdere opzichten verrijkend en dan vooral voor het fantasygenre. Met deze auteur moet in de toekomst rekening worden gehouden.

Veel sneeuw, geen spanning *

Tien jaar geleden maakte de IJslander Ragnar Jónasson zijn debuut met het verhaal Snjóblindu. Het boek werd inmiddels in vele talen vertaald. Recent verscheen de Nederlandse versie met de titel Sneeuwblind. De vertaling is van Willemien Werkman.

In Sneeuwblind begeven we ons naar het uiterste noorden van IJsland, naar Siglufjörđur. Een plek dat slechts via een weg bereikbaar, waar iedereen elkaar kent en waar feitelijk nooit echt iets spannends plaatsvindt. Het is wel de plek waar de jonge politieagent Ari Thór zijn eerste baan vindt.
Als er en jonge vrouw badend in het bloed in de sneeuw wordt gevonden en een oude schrijver in het theater van de trap is gevallen, ontdekt Ari de ware aard van de inwoners van het dorp. Wie kan hij vertrouwen? Lukt het hem deze zaken, ondanks alles, op te lossen?

Het moet gezegd, dat in Sneeuwblind de beschrijvingen van de omgeving prima zijn uitgewerkt. Het is zonder meer invoelbaar dat Siglufjörđur een dorp is waar met name ’s winters bijna claustrofobische omstandigheden kunnen heersen. Vooral omdat het maar op een manier kan worden bereikt.

Siglufjörđur zou dus een perfecte locatie kunnen zijn voor een spannend verhaal. Ragnar Jónasson is er helaas niet in geslaagd de locatie uit te buiten. Door zijn schrijfstijl is hij niet in staat de lezer bij het verhaal te betrekken. Er is een overdaad van sneeuw in het verhaal, waarnaar veel te vaak wordt gerefereerd. Hierdoor bekruipt je het gevoel van ‘Ja, ik weet nu wel dat het er vaak sneeuwt’. In ieder geval neemt de kracht van dit boek door de sneeuwval niet toe.

Verder zijn de personages heel matig uitgewerkt. Daarmee zet de auteur de betrokkenheid van de lezer bij zijn verhaal op het spel, waarbij de doorgeschoten vertellende toon dit gevoel alleen maar versterkt. Ruimte voor eigen fantasie en interpretatie is er nauwelijks. Je ziet als lezer zeker wat er gebeurt, maar of het ook de interesse wekt is maar zeer de vraag. Het einde had veel kunnen goedmaken, maar hier beperkt de schrijver zich tot een opsomming van feiten, die de opgeroepen vragen moeten beantwoorden. Op dat laaste punt slaagt Jónasson, maar opnieuw zonder in staat te blijken de lezer op het puntje van de stoel te krijgen.

Sneeuwblind heeft als verhaal geen toegevoegde waarde voor de (IJslandse) thrillerliteratuur. Het is doodzonde te moeten vaststellen dat Ragnar Jónasson bij lange na niet alles uit de, wel degelijk aanwezige, mogelijkheden heeft weten te halen. En het blijft een opvallend dat IJsland zo weinig echte topauteurs herbergt.

Zo hoort een thriller te zijn! *****

Als er een Nederlandse auteur de laatste jaren aan de weg timmert met haar thrillers, dan is dat zonder twijfel Karin Hazendonk (1961). Op 27 oktober 2019 verscheen Ongenadig, haar derde thriller binnen drie jaar na Waanidee (2017) en De dood heeft blauwe ogen (2018).

In Ongenadig maken we kennis met Anouk Smeets als zij tijdens een personeelsfeestje Sven Bogerd ontmoet. Tussen de twee ontstaat een band, die zover gaat dat ze uiteindelijk gaan samenwonen in het huis van Sven. Als er een ‘ongelukje’ plaatsvindt, wordt het Anouk langzaam duidelijk dat Sven ook een heel andere kant blijkt te hebben. Voor haar is dit het begin van een onvoorstelbaar luguber avontuur wat uiteindelijk uitmondt in een apotheose dat zijn gelijke niet kent.

Het woord dat blijft hangen na het lezen van Ongenadig is: bizar. Het verhaal is bizar, bizar spannend, maar bovenal bizar goed geschreven. Vanaf pagina 1 bouwt Hazendonk het avontuur fantastisch op. Vanuit verschillende perspectieven, zonder uitzondering juist gekozen, worden alle hoeken van het verhaal belicht. Het zorgt er niet alleen voor dat het verhaal een ultieme spanningsboog houdt, maar ook dat de betrokkenheid bij de personages gegarandeerd is. Het is zelfs duidelijk waar het gedrag van Sven door wordt veroorzaakt. Hazendonk toont ook nu weer aan een meester in het toepassen van deze techniek te zijn.

Naast Sven en Anouk verdient ook het personage Miranda, de zus van Anouk, zeker aandacht. Door haar emoties zo pakkend te beschrijven zorgt Hazendonk ervoor, dat heel Ongenadig naar een hoger niveau wordt getild. De rol van Miranda is echt onmisbaar. Dat een bijpersonage een zo belangrijke positie inneemt, zegt veel over het niveau.

De schrijfstijl is op een plezierige manier filmisch. Geen onnodige of onnodig moeilijke woorden, maar wel precies genoeg informatie om het verhaal mee te beleven. Hazendonk zorgt ervoor dat je bij wijze van spreken het kraken van de trap of het onverwachte geluid echt hoort. Ongenadig is voor sommige lezers misschien minder geschikt om vlak voor het slapengaan in een duistere kamer te lezen. Wel zie je dit verhaal zo voor je op een groot wit scherm in een donkere bioscoop. Een goede scenarioschrijver zou van dit verhaal zonder twijfel een succesfilm kunnen maken.

Tot slot een slotopmerking aan iedereen die vindt dat het niveau van de Nederlandse thriller te laag ligt. Er is een heel goede remedie om dit gevoel kwijt te raken: lees Ongenadig!

Topproduct van eigen bodem *****

Wanneer je in de boekwinkel een boek ziet liggen dat Het bloemenmeisje heet, verwacht je geen spannend verhaal met allerlei plotwendingen, die je aan je luie stoel doen kluisteren. Toch is dat precies wat de derde thriller met deze titel van Anya Niewierra wel degelijk met je doet.

De kern van dit verhaal speelt zich af in 1988 als de Franse politie op een afgezonderd gebied hoog in de Franse Pyreneeën een tiener aantreft samen met het lijk van haar moeder. De tiener krijgt uiteindelijk de naam Nina Fleuri, het bloemenmeisje.  Nina ontwikkelt zich de daaropvolgende jaren meer dan voorbeeldig. Ze promoveert aan de universiteit van Parijs met de ontwikkeling van medicijnen op basis van kruiden.
In 2018 ontdekt Nina dat ze een tweelingzus heeft. Vanaf dat moment komt haar leven in een stroomversnelling. Samen met haar zus duikt ze in de bizarre geschiedenis van haar moeder. Maar dan verdwijnt haar zus en raakt de zoektocht naar het verleden in een stroomversnelling. Nina doet emotionele en gruwelijke ontdekkingen over de mensen die het leven van haar moeder verwoestten. Maar is ze ondertussen in staat haar zus levend te vinden…?

 Het bloemenmeisje is in de eerste plaats een topthriller van Nederlandse bodem. Het verhaal is spannend, zonder dat daar onnodig veel geweld aan te pas komt. De spanning weet Anya Niewierra vooral te bereiken door haar geweldige schrijfstijl. Deze is zo ongelooflijk beeldend dat de lezer in staat wordt gesteld achter de woorden te kijken. Het filmisch effect in dit verhaal is van extreem hoog niveau.

De personages zijn uitstekend uitgewerkt. De lezer krijgt exact die informatie, welke nodig is om het handelen te begrijpen en de betrokkenheid van de lezer te garanderen. Met name Nina verdient hier een speciale vermelding. Haar gevoelens, haar gedachten en haar handelen zijn zo volkomen logisch dat er begrip voor ontstaat, ondanks haar veelal dubieuze acties. Extra knap is dat andere personages, zoals bijvoorbeeld Gigi, dit effect op Nina lijken te versterken. Dat maakt van het lezen daadwerkelijk een belevenis. 

In de ontknoping vallen alle puzzelstukjes keurig op hun plaats. De uitwerking van alle verhaallijnen weet Anya Niewierra heel knap met elkaar te verbinden, zodat er een onverwacht, maar wel kloppend geheel ontstaat. Dat de lezer na het lezen van de bladzijde verbouwereerd achterblijft is de bevestiging van de kwaliteit van dit verhaal.

Gelukkig blijkt de laatste jaren steeds opnieuw dat Nederland een land van topauteurs in het thrillergenre is. Anya Niewierra maakt zeker deel uit van deze groep..